Stap 2: Aan de slag... (Beetje theorie)
Elk apparaat dat is aangesloten op het internet moet een adres hebben, met die het via een netwerk, wordt geïdentificeerd zodat gegevenspakketten verzonden/ontvangen naar het specifieke apparaat worden kunnen. Nu hebben we twee soorten adressen voor elk apparaat.
1) MAC-adres--> Dit is uniek voor elk apparaat.
2) IP-adres--> Dit kan statisch (niet wijzigen) of dynamisch (vaak worden gewijzigd).
We zullen niet te maken hebben met MAC's hier, dus als u geïnteresseerd bent zoek het net.
Wanneer u uw arduino op uw lokale netwerk aansluiten (die zal worden geregeld in de komende stappen) is het automatisch een IP-adres toegewezen door uw thuisrouter via DHCP. Nu uw router speelt hier een belangrijke rol als het fungeert als interface tussen je arduino en het internet.
Elke router heeft twee IP-adressen
1) externe IP -> dit wordt gebruikt wanneer de interactie met het netwerk van buitenaf (bijvoorbeeld: Internet)
2) lokale IP -> dit wordt gebruikt wanneer de interactie met de privé/lokaal netwerk (bijv: apparaten aangesloten op uw router)
Zodat je arduino een lokale IP-adres krijgt. Dus wanneer u wilt communiceren/verzenden een bericht naar je arduino via het internet. U toegang tot uw thuisrouter ans verzenden het bericht die in-beurt het bericht omgeleid naar je arduino.
Als u weten van de gedetailleerde werking van de router en de mechanismen wilt, zoeken naar de volgende termen en probeer ze te begrijpen.
DHCP (Dynamic Host configuratieprotocol)
NAT (netwerkadresomzetter)
Dynamisch/statisch IP