P: probleem
H: hypothese
E: experiment
O: opmerkingen
C: conclusie
Om een probleem, een vraag te stellen. Bijvoorbeeld: wat er gebeurt als u een ei in azijn weken? Nu dat we een vraag hebt, laten we beginnen!
P: probleem
H: hypothese
E: experiment
O: opmerkingen
C: conclusie
Om een probleem, een vraag te stellen. Bijvoorbeeld: wat er gebeurt als u een ei in azijn weken? Nu dat we een vraag hebt, laten we beginnen!